God = ..? – Joh. 3: 14-21

Deze zondag de vierde tekst uit het evangelie van Johannes onder het thema: ‘Wie is Jezus?. Iets meer van dichtbij deze keer het slot van het gesprek met de Farizeeër Nikodemus. Van het geloof van Nikodemus persoonlijk voert het gesprek naar het geloof van Israël in de woestijn en uiteindelijk zelfs tot het geloof van de hele wereld. Of gaat het hier eigenlijk heel ergens anders over? Het deed me denken aan een gesprek dat ik jaren geleden had.

Ze had om een afspraak gevraagd en ik was naar haar toegegaan. 
Nog maar pas predikant, zag ik daar ook wel weer tegenop. Wat kon ik nu voor een gelovige op leeftijd betekenen, vroeg ik me af? Maar hoeveel jonger ook, ik was nu wel haar dominee. Dus ik bad en ik ging. 
Aan haar tafel zaten we eerst wat ongemakkelijk tegenover elkaar. Ze was een hartelijke vrouw, de thee was prima en de koekjes waren heerlijk, daar lag het niet aan. Maar zij wilde iets aan me kwijt en ik durfde er nog niet echt op aan te dringen om het nu maar aan me te vertellen.. 

Toen ik het haar uiteindelijk voorzichtig vroeg, legde ze haar zorgen bij me neer. Behoorlijk op leeftijd gekomen waren haar zorgen over één van haar kinderen met haar kind groter geworden.
Van haar kinderen was hij degene die haar geloof niet deelde. Dat was nu al zo lang zo dat ze er menselijkerwijs gesproken niet meer op durfde te rekenen. Een verdriet dat nu al jaren met haar meereisde door het leven. Ze begon zich af te vragen: zal ik, als mijn laatste uur geslagen heeft, hem ooit nog weer zien? Immers ‘wie niet in Hem geloofd is al veroordeeld…’, schrijft de apostel Johannes in zijn evangelie (3,18). Het bleef lang stil aan tafel.

Vorige week kwam dit tekstgedeelte al even voorbij. Jezus trekt een redding van Israël  ‘desondanks’, die met de slang in de woestijn, door naar een voornemen tot redding van de levens van alle wereldbewoners ‘desondanks.’ Het is alsof je vanuit de dageraad in het volle zonlicht stapt. Het is een hoopvolle dag, zonovergoten strekt het leven zich voor ons uit.

Maar dan wordt het ineens pikkedonker: ‘wie niet in Hem geloofd is al veroordeeld omdat hij niet heeft geloofd (staat er eigenlijk). En verderop: ‘de mensen hielden meer van de duisternis dan van het licht’. Met het licht verdwijnt de hoop: immers hoe kun je iemand redden die zich niet wil laten redden? De scheiding is scherp: hoe verhouden zich die twee delen van de tekst nu met elkaar? Wat weegt zwaarder: Gods liefde of ons geloof? En wat is dat geloof dan eigenlijk?

Hoe je deze tekst leest heeft ook te maken met de invalshoek die je kiest. Je kunt de dienst hier nog eens bekijken (preek start op: 18:28) en hier nog eens beluisteren

Hiermee is dit thema voorlopig afgesloten. Volgende week beginnen we met Jona.
Reacties zijn welkom!

  1. Peter, zeer verhelderend. Het is me nu duidelijk wat je bedoelt te zeggen. Dank voor deze waarneming! Je omschrijft iets…

  2. Dag Wieb, Ik bedoel dat de vraag die jij behandelt (schuldigen, daders, slachtoffers) wanhopig makend is, omdat het paradigma van…

  3. Dag Peter, Dank voor je reactie. Maar kun je hem wat verduidelijken. Je schrijft: “Jouw woorden zijn om wanhopig van…

Over Wieb Dijksterhuis

Predikant met Groningse wortels die sinds 2000 in het midden van land woont, samen met zijn vrouw. Hun vier kinderen wonen inmiddels tussen Ermelo en Hasselt (BE). Van 2006-2016 predikant in NGK de Ontmoeting (Voorthuizen-Barneveld). Vanaf 31 januari 2016 de voorganger van de NGK van Ermelo, een warme gemeente tussen de randmeren en de Veluwse bossen. Zijn roots blijven hoorbaar en merkbaar. Hij kan het niet helpen de wereld 'toch' vanuit een Gronings standpunt te blijven bezien.
Dit bericht is geplaatst in Preken met de tags , , , , . Bookmark de permalink.

Geef een reactie