
Komende zondag weer een stapje in ons rondje om de liefde als ‘vrucht van de Geest’. Na geloof, zachtmoedigheid (mildheid) nu ‘zelfbeheersing’. Wat wordt daar nu weer mee bedoeld? Ik vermoed dat ‘zelfbeheersing’ bij ons zomaar de verkeerde snaar raakt. Mildheid is mooi, maar zelfbeheersing klinkt geremd. Maar willen we wel leven met de rem erop? Dat doet denken aan de stille zondagen van vroeger waarop bijna niets mocht. En aan muziek die traag en plechtig is, maar nooit eens vrolijk. Aan nooit echt kwaad worden maar ook nooit echt heel blij zijn. Maar als ‘zelfbeheersing’ een van de smaakjes van de liefde is, wat heeft dit dan met liefde te maken?
Paulus gebruikt het begrip in een context waarin het juist niets met geremdheid te maken heeft, maar eerder met persoonlijke records breken. Dus het kan ook heel iets anders betekenen! Lees 1 Kor. 9, 24-29 er maar eens op na. De preek over deze tekst is hier nog eens te lezen, hier nog eens te beluisteren en op deze plek is de presentatie nog eens te zien.