
De serie ‘Achtergebleven’ is geschreven om aandacht te vragen voor een ervaring waar tot nog toe niet zoveel aandacht voor is. Die aandacht bestaat in het beschrijven van de ervaringen, emoties en gedachten die het achterblijven in de kerk in een mens kan oproepen, nadat één van je dierbaren uit de kermis vertrokken. Die aandacht zou ook kunnen bestaan in het met elkaar delen van de eigen ervaringen, emoties en gedachten en wellicht ook de troost die men gezocht en gevonden heeft. Dat zou kunnen in wat ik een ‘leesgroep’ heb genoemd.
“Waarom noem je het een leesgroep?”, vroeg iemand me onlangs. Het eerlijke antwoord is: “om het allemaal iets lichter en positiever te laten klinken.” Ik nodig mensen uit die hetzelfde hebben ervaren eens een tijdje met elkaar van gedachten te wisselen op zoek naar begrip, troost en goede raad. Ik had dat ook een lotgenotengroep kunnen noemen, maar dat klinkt loodzwaar. Alsof het een noodlot is dat je overkomt, waarover je alleen maar samen kunt rouwen. Ten eerste geloof ik niet in het noodlot, ten tweede geloof ik ook niet dat je alleen maar samen verdrietig bij elkaar kunt schuilen. Er is veel meer hoop.
Vandaar ‘leesgroep’ ,dat klinkt wat lichter en ook wat inhoudelijker. Wat kunnen we van elkaar leren, op zoek naar inzichten, begrip, troost en hoop en ook naar raad. Mijn overtuiging is namelijk dat we zoveel meer kunnen betekenen voor elkaar en voor onze dierbaren die weggingen dan we nu doen met die schouderklop in het voorbijgaan en het berustend ophalen van onze schouders.
Voor mij persoonlijk zit er ook nog een ander belang aan: graag zou ik nog meer inzicht krijgen in wat het gebeuren van kerkverlating bij de achterblijvers oproept.
Het is de bedoeling is om met een overzichtelijke groep in een warme sfeer, vertrouwelijk met elkaar in gesprek te komen over de thema’s die in de afleveringen hiervoor beschreven zijn. We zijn nu met zes mensen, er kunnen er nog best vier bij. Volgende week is het de laatste mogelijkheid dat men zich aan kan melden voor deze ronde (zie naast deze pagina). Na mijn herfstvakantie ga ik met de groep op zoek naar geschikte datums en een geschikte plaats. Misschien tot ziens.